‘Inzicht door monitoring railassets helpt bij sneller en gerichter actie ondernemen’
Het monitoren van railassets draait om meer dan alleen een beter inzicht in de onderhoudsbehoefte. Maarten Zanen, manager Rail, IT en Data bij Ricardo Rail, stelde in de uitzending van SpoorProTV dat het tot tal van operationele verbeteringen kan leiden. Bovendien kan de beschikbaarheid van informatie en gegevens als smeermiddel dienen voor projecten waar meerdere stakeholders bij betrokken zijn.
Treinen zijn tegenwoordig voorzien van energiemeters. Dat helpt uiteraard om het energieverbruik van materieel en het spoornetwerk te monitoren, maar het stelt vervoerders ook in staat om te zien waar ze wat kunnen besparen. “Welke systemen hebben onder welke omstandigheden een verhoogd verbruik en wat kun je daar aan doen. Misschien is een hoog energieverbruik wel een waarschuwing dat er onderhoud nodig is”, zegt Zanen.
Trek je het nog breder, dan sluit een verbeterd inzicht in het energieverbruik mooi aan bij het probleem dat in Nederland op de loer ligt voor de spoorsector, namelijk dat we tegen de grenzen aan op het vlak van de tractievoedingscapaciteit aanlopen.
“Op veel trajecten knelt het, waardoor er elk jaar gekeken moet worden naar waar het net verzwaard moet worden. Door middel van monitoren krijg je beter inzicht in wat de daadwerkelijke piekbelasting is, onder welke omstandigheden deze zich voordoet en hoe zich dat verhoudt tot de eerdere schattingen daarvan, op basis waarvan de capaciteitsgrenzen bepaald zijn”, aldus Zanen.
‘Traxx was standaard product op specifieke baan’
Ricardo Rail monitorde in opdracht van NS tevens de prestaties van de Traxx-locomotieven op de HSL-Zuid, waarbij diagnose data goed van pas kwam om de neuzen van alle betrokken dezelfde kant uit te krijgen.
“De Traxx, in feite een vrij standaard product, moest destijds snel geïntroduceerd worden op een hele specifieke baan, namelijk de HSL. Daarbij komt dat veel mogelijke problemen omtrent tractievoeding en ETCS uiteindelijk pas aan het licht komen als je in operatie bent. Dat vroeg om nauwe samenwerking met alle betrokkenen”, zo blikt Zanen terug.
Data verkregen uit het monitoren van de prestaties van de Traxx-locomotieven kwam van pas om de problemen die machines ondervonden, te bevestigen. Andersom kwamen datagedreven inzichten van pas om weer andere zaken te ontkrachten. Door deze dynamiek was het volgens Zanen de betrokkenen en gebruikers bij het proces te betrekken.
“Samen met machinisten, onderhoudsploegen en fabrikanten hebben we per week gekeken naar wat er gebeurde, hoe dat in de data naar voren kwam, wat de oorzaak was en waar de ruimte voor verbetering zit”, legt Zanen uit. “Door de input van iedereen te verwerken, konden we ook aan terugkoppelingen doen en gebruikers vragen wat ze van bepaalde verbeteringen hadden gemerkt.”
Bekijk hier het interview met Maarten Zanen:
‘Sneller gericht actie ondernemen’
Tenslotte werkt Ricardo Rail in opdracht van ProRail verder aan een project waarbij sensoren op NS-treinen risicoplekken in de bovenleiding detecteren. Dit zorgt ervoor dat er kan worden ingegrepen voordat de bovenleiding breekt. Bovenleidingbreuken veroorzaken veel overlast voor de reizigers doordat er langere tijd niet op getroffen trajecten kan worden gereden.
“Waar je in het verleden was aangewezen op een zogeheten meettrein, maken we nu gebruik van NS-treinen. Door te meten vanaf rijdende reizigerstreinen kom je vaker langs meerdere plekken. Zo komt er niet alleen meer informatie binnen, maar kun je ook trends waarnemen”, zegt Zanen.
“We hebben op deze manier echt plekken kunnen ontdekken waar de trein een tik krijgt als het ware, omdat er iets met de rijdraad is. Dit inzicht helpt om sneller gerichte actie te ondernemen, want elke breuk die je kunt voorkomen is meegenomen.”
Lees meer:
[Redactie: svp correctie ECTS > ETCS]